Doseertabel CAT

Inmiddels heeft Het CAT een gezamenlijke doseertabel beschikbaar voor alle leden.

INR 2.0-3.0 INR 2.5-3.5 Onderhoudsdosering

Controle dag 

(dag 0)

Volgende dag

(dag +1)

Controletermijn 
1.0-1.5 1.0-1.5 

Eenmalig: gelijk

Meermalig: +5 tot +10%

1.5-2 D

1.5-2 D

SH 

Max 2 weken

Max 1 week 

  1.6-1.9 Eenmalig: gelijk

Meermalig: +3 tot +8%

 

1.5-2 D + SH*

1.5-2 D*

Max 3 weken

Max 2 weken

1.6-1.9 2.0-2.4  Eenmalig: gelijk

Meermalig: +2 tot +5%

 

Evt. 1.5 D en/of SH*

Evt 1.5 D*

Max 4 weken

Max 3 weken

2.0-3.0  2.5-3.5  Gelijk     Max 6 weken 
3.1-3.5  3.6-4.0  Eenmalig: gelijk

Meermalig: -2 tot -5%

 

Evt. 0.5-0.75 D en/of SL

Evt. 0.5-0.75 D

Max 4 weken

Max 3 weken

3.6-4.5  4.1-4.9  -3 tot -8%   Evt. 0.5-0.75 D Max 3 weken
4.6-5.9  5.0-5.9  -5 tot -10% 0-0.5 D   Max 2 weken

6.0-7.9

Aceno 

6.0-7.9 

Aceno

-8 tot -15%   Max 1 week

6.0-7.9

Fen

6.0-7.9

Fen 

-8 tot -15% 0 + evt. vit K  Max 1 week 

8.0-10.0

Aceno

8.0-10.0

Aceno

-10 tot -15% 0 + evt. 1-2 mg vit K  Evt. 0  Max 4 dagen 

8.0-10.0

Fen

8.0-10.0

Fen 

-10 tot -15% 0 + 2-5 mg vit K  Max 4 dagen 

>10.0

Aceno

>10.0

Aceno 

-15% of meer 0 + evt. 2-5 mg vit K  Evt. 0  Max 4 dagen 

>10.0

Fen 

>10.0

Fen 

-15% of meer 0 + 5-10 mg vit K Max 4 dagen

* Bij hoog risico cliënten stootdosis op dag 0 geven, zie tabel 'Risico op het ontstaan van een arteriële of veneuze trombo-embolie (VTE)' hieronder

 INR ≥ 8.0 bij vingerprik     
 Preparaat  Onderhoudsdos  Controle dag  Dag+1  Dag+2  Controletermijn
 Aceno  -15%  0 (+evt vit K)  Evt. 0    1-3 dagen
 Fen  -15%  0 + vit K (2-5mg)  0  Evt 0  1-3 dagen

 

Risico op het ontstaan van een arteriële of veneuze trombo-embolie (VTE) zonder behandeling met een VKA

 Risico  Jaarlijks risico  Arteriële trombo-embolie
 Hoog  > 10%
  • Geïsoleerd atriumfibrilleren, zonder klepgebrek, CHA2DS2-VASC: 8-9
  • Geïsoleerd atriumfibrilleren met reumatische hartziekte
  • Elke vorm van atriumfibrilleren met MHV of recent (<6 maanden) herseninfarct/TIA
  • MHV in mitraalpositie
  • Hartklepprothese recent geplaatst (<3 maanden)
  • Hartklepprothese met extra risicofactor
  • MHV oud model: caged ball, tilting disc (Starr-Edwards, Björk Shiley)
  • Intracardiale trombus
 Laag  < 10%
  • Geïsoleerd atriumfibrilleren, CHA2DS2-VASC: 0-7
  • MHV in aortapositie zonder extra risicofactoren*
  • Recidiverend TIA/herseninfarct zonder cardiale emboliebron
  • Eenmalig TIA/herseninfarct 
* Risicofactoren zijn: atriumfibrilleren, linkerventrikel ejectiefractie<35%, voorgeschiedenis van trombo-embolie.

 

Afkortingen: MHV: mechanical heart valve, TIA: transient ischemic attack

 1-maands risico  Veneuze trombo-embolie
 Hoog (>10%)

< 3 maanden na eerste VTE

< 3 maanden na recidiverende idiopathische VTE

 Laag (<10%)  3 maanden na eerste VTE

≥ 3 maanden na recidiverende idiopathische VTE